Willem Pieter Landzaat

1886-1940

1424398212.jpg

Oorlogsslachtoffer

Is 54 jaar geworden

Geboren op 07-04-1886 in Leiden 

Overleden op 13-05-1940 in Rhenen 


Rang

Militair onderdeel

Onderscheiding
Ridder MWO 4e kl.

Afbeeldingen

Mon agenten Mauthausen2.jpg
1424268250.JPG

Bijdragen

De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:

W.P. Landzaat

Geplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 20 februari 2015

1424398212
W.P. Landzaat

Geplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 18 februari 2015

1424268250
Het sneuvelen van majoor W.P. Landzaat op 13 mei 1940. Bron De Militaire SpectatorIn een verdedigende stelling luidt het parool: ,,Standhouden". Ieder militair weet dit; bij vredesoefeningen werd het geleerd en in den treure herhaald,... Lees meer
Het sneuvelen van majoor W.P. Landzaat op 13 mei 1940.

Bron De Militaire Spectator

In een verdedigende stelling luidt het parool: ,,Standhouden". Ieder militair weet dit; bij vredesoefeningen werd het geleerd en in den treure herhaald, maar, evenals met zooveel dingen, dringt eerst wanneer men voor de toepassing staat de werkelijke betekenis tot den mens door; dan blijkt eerst, dat het gaat om het kunnen offeren van het eigen leven. In den strijd op en om de Grebbeberg hebben velen dit ondervonden, doch hoe Majoor LANDZAAT, één dier velen, heeft weten stand te houden, zal uit het volgende blijken.

Nadat in den namiddag van 11 Mei de voorposten vóór de Grebbeberg waren gevallen, drongen de Duitsers door tot voor de frontlijn van de hoofdweerstandsstrook, welke frontlijn liep kort vóór de Grebbeberg langs en vandaar naar het N.O. langs de Grebbe of Grift (zie schets I). Toen op 12 Mei de Grebbeberg en omgeving onder hevig artillerievuur lag, kwam bij den commandopost van Majoor LANDZAAT per telefoon het bericht van een Compagniescommandant in voorste lijn, dat de opstellingen van de Sectie X in puin werden geschoten. De Majoor beval: „Achter de puinhopen standhouden". In den middag van 12 Mei, toen de Duitschers in de hoofdweerstandsstrook waren binnengedrongen, beval de Majoor aan den commandant van een der compagnieën, den vijand (die niet sterk geacht werd) van den berg af te werpen, hetgeen mislukte.

De vijand drong op en stond weldra voor de stoplijn. De Majoor bevond zich niet in zijn ingegraven commandopost, doch was druk in actie; hij gaf aanwijzingen aan een oprukkende, ter versterking gezonden compagnie, die echter ook geen succes had. Ook aan volgende hem toegezonden versterkingen gaf hij nog aanwijzingen en zelf vuurde hij op de Duitsers. Toen de duisternis was gevallen, was de vijand niet van de Grebbeberg geworpen, doch had deze zelfs kans gezien, door een onverwachte stoot de stoplijn te doorboren. De nacht van 12/13 Mei verstreek, vol onzekerheid, zonder duidelijk overzicht van den toestand. De vijand zat in front, doch ook, door het gat in de stoplijn gedrongen, in den rug. In den vroegen morgen breidde hij zijn succes uit. Geleidelijk vielen de delen van de stoplijn in het vak van 1-8 R.L, zodat de commandopost van den Bataljonscommandant in voorste lijn kwam te liggen. De Majoor bevond zich op een gegeven ogenblik in het paviljoentje in de omgeving van het Hotel Grebbeberg 1), dat vlak bij zijn cp. was gelegen. Met hem waren daar enige officieren, die behoorden tot zijn Staf of daar min of meer toevallig na de nachtelijke gebeurtenissen waren te land gekomen, alsmede ongeveer 12 korporaals en manschappen. Een der officieren had kans gezien een lichten mitrailleur uit een nabij staande schuur mede te nemen; de bewapening bestond in totaal uit l lichte mitrailleur, 12 geweren en 3 pistolen. Vijf manschappen bevonden zich op de eerste verdieping, de rest gelijkvloers.

De lichte mitrailleur werd opgesteld op een tafel, in den hoek van de gelagkamer. Deze gelagkamer was gebouwd uit glas en hout. Het hout bood wel gezichts- doch geen vuurdekking. De opstelling in de gelagkamer was op een bepaald ogenblik (vermoedelijk ongeveer) zoals op schets II is aangegeven. De Duitsers bevuurden het paviljoentje aanvankelijk uit het Zuiden en Oosten, doch later tevens uit Noordelijke richting. Al spoedig sneuvelden in het weinig kogelzekere paviljoen twee man.

Aangezien de verdedigers voor het merendeel bestonden uit ordonnansen en verbindingsmanschappen, minder bedreven in het bedienen van automatische wapenen, bedienden de Majoor en een der kapiteins om beurten den mitrailleur, waarmede een opening in de draadhindernis werd bestreken. Later verschenen nog enige mannen, waaronder een mitrailleurschutter. Toen de vijand kans zag, om kruipende de hindernis te passeren, door een sloot langs den weg naderbij te komen en een zware mitrailleur in stelling te brengen aan de overzijde van den straatweg, recht tegenover het paviljoen, mislukte dit door persoonlijk ingrijpen van den Majoor, die, staande in het midden van de gelagkamer, de Duitsers neerschoot.

Dit optreden zette de anderen aan, zich tot het uiterste te verdedigen. ledere gewonnen minuut was in hun ogen kostbaar, want zij waren er mede bekend, dat in den nacht troepen waren opgemarcheerd, om door een aanval uit Noordelijke richting, in den flank van de Duitsers, dezen van de Grebbeberg af te werpen 2). Teneinde munitie te sparen, had Majoor LANDZAAT bevolen, slechts op zekere doelen te schieten. Een der kapiteins vuurde met een geweer, schrijlings op een stoel zittende. Enige mannen haalden munitie uit den kelder en vulden daarmede mitrailleurtrommels.

Ondanks het hevige vuur gaf men geen kamp. Wat het voorbeeld vermag, bleek uit de woorden van een soldaat, die zei: „Als U blijft, kapitein, dan blijf ik ook". Toen van het geweer van bovenbedoelden kapitein de handbeschermer weggeschoten werd, overhandigde een der soldaten hem zijn geweer met de woorden: ,,U schiet beter dan ik, neem mijn geweer". Omtrent de houding van Majoor LANDZAAT, den bezielenden leider van dit verzet tot het uiterste, laat ik hieronder volgen, wat een der aanwezige soldaten daarvan mededeelde:

„De houding van Majoor LANDZAAT tijdens dit gevecht heeft onze grote en blijvende bewondering opgewekt. Terwijl hij zelf zeer actief aan het vuur deelnam en waarschijnlijk meer vijanden neerlegde dan enig ander, leidde hij onafgebroken de verdediging. Zoo is ook de opstelling en latere verplaatsing van den lichten mitrailleur geheel volgens zijn aanwijzingen geschied. Maar vooral heeft hij door zijn onafgebroken aanvuring de verdediging van den onhoudbare post tegen een overmacht bezield. In de pauzen tussen het vuren wendde hij zich voortdurend en direct tot elk onzer om beurten, soms met een scherts, maar ook wel met een woord van lof en wist daardoor aan ieder iets van zijn eigen energie mede te delen. Ook door zijn herhaalde opwekking: „Wij geven ons nooit over."

Kapitein X vertolkte dan ook aller mening, toen hij, toen het einde nabij scheen, een drie hoera's op den Commandant liet uitbrengen. De ondergetekende kan naar waarheid getuigen, dat hij toen voor het eerst de onschatbare waarde van een werkelijk aanvoerder heeft ervaren." De Duitsers brachten zware mitrailleurs en infanteriegeschut in stelling, hetgeen de verdedigers noopte, zich meer te dekken en zich naar de achterkamer terug te trekken. De Duitsers kregen daardoor gelegenheid, door het kreupelhout te naderen en handgranaten naar binnen te werpen. De uitwerking van hun wapens begon zich steeds meer te doen gevoelen. Het gebouwtje kraakte in zijn voegen. Toen de zolderverdieping werd beschoten, moest deze worden ontruimd, nadat enigen van de daar aanwezigen waren gevallen.

Ten slotte begon de munitie der verdedigers op te raken, eerst de mitrailleurmunitie, toen de geweerpatronen, daarna de pistoolpatronen. Het aantal verdedigers verminderde; verscheidene raakten gewond en zochten een goed heenkomen. Hoewel een kelder met een uitgang naar buiten een kleine kans bood om te ontsnappen, wilde de Majoor hiervan niet weten. De toestand werd zoo, dat op een bepaald ogenblik nog aanwezig waren de Majoor, licht gewond, twee kapiteins, gewond, een soldaat, geworden een soldaat niet gewond. Ook toen de laatste houder met patronen in het pistool van een der kapiteins ging, zei de Majoor: „Wij geven ons niet over."

De strijd had echter geen kans meer en op voorstel van een der aanwezigen vond de Majoor eindelijk goed, dat men zou trachten weg te komen om te trachten de loopgraven te bereiken. Tegen de mannen zei hij: „Jullie hebben als helden gestreden, mijn dank." Toen zocht ieder een goed heenkomen, door den kelder en door de achterdeur. Als laatste zou de Majoor verdwijnen, doch hij heeft dit niet meer kunnen doen. Men heeft later zijn verkoolde resten tussen de puinhopen van het verbrande huis gevonden.

Sluiten

Geplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 18 februari 2015

Bericht overlijden - De Telegraaf 21 mei 1940

Geplaatst door Henk G. Westland op 16 maart 2014

1394966539

Voeg zelf een monument toe

Log in om een monument toe te voegen

Voeg zelf een bijdrage toe

Log in om een bijdrage toe te voegen

Militair Ereveld Grebbeberg


Vak/rij/nummer 537
W.P.Landzaat.jpg

Monument

Naam:
Rhenen, Militair Ereveld Grebbeberg

Plaats:
Rhenen

Rhenen, Militair Ereveld Grebbeberg

Leg bloemen op dit graf

Wilt u graag bloemen laten leggen op dit graf, dan verzorgen wij dit graag voor u.
Bestel bloemen
Bloemen en kransen

Nationaal archief

Bekijk
Menu